Fiscale regels
Rondom het bezit van een eigen woning gelden allerlei fiscale bepalingen. Onlangs heeft de staatsecretaris van financiën een besluit genomen dat invloed kan hebben op de fiscale positie van partners die samen een woning hebben gekocht. Dit besluit kan onder meer gevolgen hebben voor het maximale bedrag dat u aan hypotheekrente mag aftrekken.
Definitie eigen woningschuld en eigenwoningreserve
De wijzigingen hebben alles te maken met de aanpassing van het begrip eigen woningschuld en eigenwoningreserve.
Onder eigen woningschuld wordt verstaan het bedrag van de hypothecaire lening dat u nog schuldig bent voor de lening ten behoeve van de financiering van de woning.
Onder eigenwoningreserve wordt verstaan het verschil tussen de opbrengst van een in het verleden verkochte woning en de financieringsschuld die op het moment van verkoop op de woning rustte. Stel dat de woning bij verkoop €200.000 opbracht, terwijl op dat moment de resterende schuld van de hypotheek €150.000,- was. De eigenwoningreserve is dan €50.000,-. Dit bedrag aan eigenwoningreserve heeft invloed op de hoogte van het bedrag waarover u rente mag aftrekken bij een nieuwe hypotheek of lening.
Bent u alleen eigenaar van de woning dan zijn de fiscale regels simpel. Het wordt ingewikkelder als u de woning samen met een partner koopt.
Waarom fiscale regels ingewikkeld bij partners?
Beide partners doen elk persoonlijk belastingaangifte. Indien de woning is gekocht op naam van beide partners en de hypotheek door beide partners is afgesloten, dan zullen bij de belastingaangifte van beide partners de eigen woningschuld en de eigenwoningreserve aan de orde komen. Ingewikkeld wordt het wanneer bijvoorbeeld:
- Een van de partners meer eigen vermogen bij de aankoop van de woning heeft ingebracht dan de andere partner; of
- Wanneer een van de partners voor de aankoop van de gezamenlijke woning al eerder een andere eigen woning bezat waarvoor hij of zij een hypotheek had afgesloten; of
- Wanneer gedurende de periode dat beide partners samenwonen de ene partner een groter bedrag inbrengt om de schuld af te lossen dan de andere partner.
In deze situaties kan er per partner een verschillend bedrag ontstaan aan eigenwoningreserve en eigen woningschuld.
Verschillen gelijk maken
Het besluit van de staatssecretaris van 30 januari jl. maakt het mogelijk dat, onder bepaalde voorwaarden, de partners met een verschillend eigenwoningreserve, toegestaan wordt deze gelijk over de partners te verdelen op basis van 50 % -50 %. Wanneer de fiscus dit goedkeurt, kan dit terugwerken tot het belastingjaar 2013.
Afhankelijk van de situatie kan dit besluit leiden tot het recht op een hogere belastingaftrek en kan dit vanuit fiscaal oogpunt voor u aantrekkelijk zijn. Echter, elk voordeel heeft ook zijn nadeel. En die nadelen moeten niet worden onderschat.
Naast fiscale regels ook gevolgen voor partners onderling
Gebruik maken van het recht om de eigenwoningschuld en eigenwoningreserve tussen de partners op basis van 50 % -50% te verdelen, heeft financiële gevolgen op het moment dat de partners hun relatie beëindigen. Zelfs bij het overlijden van een van de partners kunnen er gevolgen zijn voor het bepalen van de hoogte van de nalatenschap. Alle reden dus om na te gaan of het besluit op uw situatie van toepassing is én zo ja of het voor u aantrekkelijk is hiervan gebruik te maken. Dit antwoord kan alleen een deskundige u geven.
In welke situaties blijft alles bij het oude?
De inhoud van het besluit van de staatssecretaris van financiën van 30 januari van dit jaar heeft geen gevolgen indien een van de volgende situaties zich voordoet:
- U bent gehuwd vóór 1 januari 2018 in een algehele gemeenschap van goederen en de woning behoort tot deze gemeenschap.
- U bent gehuwd op huwelijkse voorwaarden die inhouden dat de woning en de schuld tot de huwelijksgemeenschap behoren.
- De woning behoort uitsluitend tot het privévermogen van een van de beide partners.
Aanbod: maak een afspraak
Het gaat hier om een nieuw en ingewikkeld onderwerp. Indien u een eigen woning bezit samen met een partner en u valt niet onder de hierboven genoemde drie situaties, dan adviseren wij u met klem om contact met ons kantoor op te nemen.
Wij zullen dan voor u nagaan of u in beginsel in aanmerking komt om gebruik te maken van het besluit van de staatsecretaris van financiën. Indien dit het geval is, zullen wij ook samen met u nagaan of dat in uw situatie verstandig is en of voor u de consequenties duidelijk zijn indien u hiervan gebruik gaat maken.